Grenzeloze Strijder – Voorbeeld

‘Hey, jij bent Ludo toch?’ onderbreekt een van de drie lange blanke slanke meiden die voor ons komen staan.
Ik zag hen al aan komen lopen met hun neonkleurige shirts en korte broeken. Ze kwamen vanaf de hoofdingang aan de kant waar het terras met speeltuin zich bevindt. Toen ze aan kwamen lopen, viel het me al op aan hun gedrag dat ze het over mij hadden.
Ik kijk Tom aan. Hij kent ze blijkbaar ook niet.
‘Ja, hoezo?’
‘We hebben veel over je gehoord en gelezen,’ zegt de blonde meid.
‘Je bent echt leuk en knap!’ zegt de trien met zwart haar.
‘Ik weet dat ik leuk ben,’ reageer ik verveeld.
‘Mogen wij erbij komen zitten?’ vraagt een van hen opdringerig.
Ik heb helemaal geen zin in die meiden. Ik heb hele andere dingen aan mijn hoofd dan met zogenaamde fans rond te hangen, maar dat kunnen zij ook niet weten. Dat hoeven zij ook niet te weten. Als fans veel over ons gelezen hebben via internet is dat geen goed teken.
‘Ik moet zo weer verder.’
De drie langharige, goed geschoren meiden komen er toch bij zitten. Degene met zwart haar wel heel dichtbij. Buiten dat ze verstopt zit onder make-up, hangt er een walm om haar heen van wel vijf verschillende parfums, een vloekende mengelmoes die zich uit alsof je een snoepwinkel voorbij loopt.
‘Is dat naast je Dave?’
‘Nee, dat is Tom.’
Ik reageer zo kort mogelijk in de hoop dat ze weg gaan. Wat gaat het hen aan wie Tom is? Wat gaat het überhaupt iemand, buiten mijn vrienden om, aan hoe mijn veel te ingewikkeld leven in elkaar zit?
‘Ik ben trouwens Gabriëlla, en dat zijn Emma en Karine.’
G E K merk ik gelijk op. Ze zullen zelf de volgorde vast niet in de gaten hebben, daar ogen ze te simpel voor.
De dominante van vriendinnentrio GEK, de zwartharige, neemt het woord: ‘We zijn met z’n drieën op vakantie gegaan en hebben dit dorp speciaal uitgekozen om jou te kunnen ontmoeten. Echt ongelooflijk dat we je gevonden hebben! Dit maakt onze vakantie pas echt compleet! Weet je, wij wonen ook in Nederland, maar we weten niet waar jij woont. Dat is werkelijk nergens te vinden. Raar toch?! We hebben je ook op alle social media, maar daar doe je helaas niet veel mee. Dus, wat is je adres?’
Stel kakelwijven! Lopen ze een beetje over me heen te kwijlen, daar moet ik niets van hebben. Denken ze nou serieus mijn adres te krijgen? Ik houd niet van stalkers! Die heb ik al genoeg.
‘Wat weten jullie van mij dan?’ vraag ik om inzicht te krijgen over welke dingen de dames Kwik, Kwek en Kwak hebben gelezen.
‘O, heel veel!’ begint Gabriella.